Dorpsnatuur in Heusden – waarom is dat leuk (en van belang)?

04-01-2020

Schaatsen in 2009 op het Oude Maasje.

Vroeger kwamen alle soorten overal voor. Nou ja, daar waar de omstandigheden zodanig waren dat ze zich er goed bij voelden. In het begin was de mens een rond trekkende jager-verzamelaar; niet veel anders als de overige dieren. Pas toen de mens landbouw uitvond en op een plaats bleef, veranderde alles. In dorpen en op akkers is er minder ruimte voor de natuur. Grote oppervlaktes land werden geploegd en beplant met maar één soort. De mens ging dicht op elkaar wonen in hutten en later huizen. Voor dieren en planten waren dat nieuwe omstandigheden. Het duurde even, maar planten en dieren gingen zich op een gegeven moment toch vestigen in de dorpen, en later in steden.

Van de wereldbevolking woont nu al 55% in stedelijk gebied, en dat zal nog meer worden. Steeds meer land wordt door de mens in gebruik genomen. Wegen en spoorrails verbinden woongebieden met elkaar. Industrieterreinen worden steeds groter. Leefgebieden voor plant en dier worden steeds kleiner, en zijn onvoldoende met elkaar verbonden. En door milieuvervuiling, klimaatverandering en invasieve exoten wordt het nog moeilijker.

De hoeveelheid natuur op aarde neemt snel af. Zo snel dat de landen in de Verenigde Naties hebben afgesproken om minimaal 17% van het landsoppervlak natuur te laten zijn. Nederland heeft dat verdrag ook getekend. Op dit moment zitten we nog maar op 13% natuur in Nederland! En dan rekenen we alle wateren ook nog mee. Als we alleen naar het land kijken, is maar 8% van het oppervlak nog natuur. Inmiddels is al 15% ‘rode ruimte’: infrastructuur, woonterrein, bouwterrein en industrieterreinen.

In die ‘rode ruimte’ is het warmer dan in de gebieden er omheen. Verder is veel versteende oppervlak, is de waterhuishouding anders, en is de lucht-, geluid- en lichtvervuiling groter. Flora en fauna dat op zoek is naar leefgebieden in de bebouwde omgeving zal zich moeten aanpassen.

Heusden is een landelijke gemeente met relatief veel natuur. Toch is al 14.4% van de oppervlakte bebouwd, en 3.4% verkeersterrein. Al met al 17% (cijfers 2015).
We zijn een groene gemeente. Met 19% natuur zitten we al boven de norm van de Verenigde Naties.
Verder hebben we nog 58% agrarisch terrein, waar het ook slecht is gesteld met de biodiversiteit. En tenslotte nog 3% recreatieterreinen en 3% water (Maas, wielen). Met de vele woonwijken, industrieterreinen en zonneparken in aanbouw zal de ‘rode ruimte’ steeds groter worden.

Dus steeds meer reden om flora en fauna te helpen zich te vestigen buiten de natuur- en landbouwgebieden. Soorten zijn verhuisd van natuurgebieden naar landbouwgebieden. Door de intensivering van de landbouw is er nu een trek van landbouwgebied naar de bebouwde omgeving. Bijvoorbeeld door de scholekster. Die is eerst van de kust naar de weide verhuisd, en begint nu zijn heil in de stad te zoeken. Of de steenmarter, die in de moderne stallen geen rust- en slaapplek meer vindt. Ook deze is nu te vinden in dorpen en steden, waar hij voldoende voedsel en een warm onderkomen kan vinden.

En denk niet dat jouw tuin zo klein is dat hij er niet toe doet. Alle tuinen in Nederland nemen zes keer de oppervlakte van de Oostvaardersplassen in. Tuinen aantrekkelijk inrichten voor insecten, vogels en zoogdieren levert dus zeker wel wat op! En daarbij telt jouw tuin ook mee!!

In het project ‘Dorpsnatuur in Heusden’ richten de Natuur- en Milieuvereniging gemeente Heusden (NMVH) zich op het stimuleren van de biodiversiteit in de bebouwde omgeving. Om mee te beginnen richten we ons op de wijk Venne-Oost in Drunen.

Het is de bedoeling dat zoveel mogelijk bewoners van Venne-Oost mee gaan doen.
Als je zin hebt om daar aan mee te werken, laat het dan weten via info@natuurenmilieuheusden.nl; en dat kan ook als je niet in Venne-Oost woont.

Reacties

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *


De verificatie periode van reCAPTCHA is verlopen. Laad de pagina opnieuw.